Een verwarmingsinstallateur heeft dagelijks te maken met verbrandingsprocessen, waarbij koolmonoxide (CO) kan vrijkomen. Dit gas komt van zichzelf niet voor in de atmosfeer, maar wordt gevormd bij onvolledige verbranding, als gevolg van een defecte installatie of foutieve afstelling. Koolmonoxide is geheel geurloos, kleurloos en smaakloos en kan door de mens niet worden waargenomen voordat er symptomen van vergiftiging optreden.
Koolmonoxide verbindt zich in ons lichaam heel sterk met hemoglobine. In een normale situatie zorgt dit eiwit in onze rode bloedlichaampjes ervoor dat zuurstof van onze longen naar onze organen wordt gebracht en kooldioxide wordt afgevoerd. Helaas bindt het gas veel sterker aan hemoglobine dan zuurstof en kooldioxide, waardoor het de plaats van deze gassen inneemt. Daardoor kan CO al snel dodelijk zijn.
Door schone lucht te ademen verlaat het gebonden koolmonoxide weer het lichaam. Dit proces gaat echter veel langzamer dan het opnemen, waardoor dagelijkse blootstelling aan een kleine concentratie koolmonoxide ook gevaar kan opleveren, door opbouw van het gas in het lichaam.
Gasketelwet en CO
De gasketelwet is in het leven geroepen om de kwaliteit van installatie en onderhoud van cv-installaties te verhogen en het aantal gevallen van koolmonoxidevergiftiging terug te dringen. Bij het afstellen en onderhoud van cv-installaties dient hierbij gebruik te worden gemaakt van een rookgasanalyser die EN50379 deel 2 gecertificeerd is (meer informatie hierover vind je hier).
Naast de CO-concentratie in de rookgassen dient echter eerst de concentratie in de omgevingslucht nabij het gastoestel te worden gemeten. Maximale waarden hiervoor zijn:
- 5 ppm of hoger: installatie uitschakelen, oorzaak onderzoeken en wegnemen
- Meer dan 20 ppm: installatie uitschakelen, oorzaak onderzoeken, oorzaak wegnemen en melden bij het bevoegd gezag (gemeente)
Gasmonitor
Voor meting van de koolmonoxideconcentratie in de omgevingslucht kan een rookgasmeter worden gebruikt, maar het gebruik van een aparte persoonlijke veiligheidsmeter is ook mogelijk. Deze doet voortdurend zijn werk, ook tijdens de rookgasanalyse. Een gasmonitor is klein, licht en kan gemakkelijk aan kleding worden bevestigd. Tijdens gebruik worden de gemeten concentraties weergegeven in het display en indien een meetwaarde een vooraf ingestelde drempelwaarde overschrijdt, wordt de gebruiker gewaarschuwd met lichtsignalen, een akoestisch alarm en een trilfunctie.
Er bestaan ook gasmonitoren die de gemeten concentratie niet weergeven, maar uitsluitend alarmeren. Deze kan je in dit geval niet gebruiken omdat indien je niet weet wat de concentratie is, je ook niet kan handelen naar de voorschriften. Vrijwel alle gerenommeerde gasmonitoren zijn ATEX gecertificeerd en daarmee explosieveilig. Dit betekent dat het instrument zelf geen ontstekingsbron voor een explosie kan vormen.
Onderhoud
In veel gevallen wordt gebruikgemaakt van elektrochemische sensoren met een beperkte gebruiksduur van één tot enkele jaren, afhankelijk van het soort en de kwaliteit. Het is daarom belangrijk om je gasmonitor periodiek te laten onderhouden en kalibreren. Om zeker te zijn van een goede werking is het verstandig om regelmatig een ‘bumptest’ uit te voeren, waarbij een testgas wordt gebruikt om te kijken of de gasmonitor goed functioneert.
De gemakkelijkste oplossing is echter een onderhoudsvrije gasmonitor. Deze modellen zijn vaak voorzien van een vaste batterij en bieden na inschakeling een gebruiksduur van 24 of 36 maanden continu, zonder dat je batterijen hoeft te vervangen of op te laden. Na deze periode schakelt het instrument automatisch uit en dien je een nieuwe aan te schaffen. Het oude model kan bij de leverancier worden ingeleverd voor recycling van materialen.
Enkel of multigasmonitor?
Een gasmonitor met een enkele sensor voor één gassoort wordt een enkelgasmonitor genoemd. Indien het toestel meerdere sensoren bevat spreken we van een multigasmonitor. Indien je tijdens werkzaamheden met meerdere soorten gassen in aanraking kan komen, is het gebruik van een multigasmonitor uiteraard veel handiger dan het toepassen van meerdere enkelgasmonitoren.
Andere atmosferische gevaren
Koolmonoxide is inmiddels uitgebreid behandeld, maar er zijn ook andere atmosferische gevaren die aandacht verdienen. Een zuurstoftekort kan gemakkelijk optreden bij het betreden van een besloten ruimte, zoals een kruipkelder. Deze ruimte wordt nauwelijks geventileerd en indien er bijvoorbeeld sprake is van corrosie van metalen in de ruimte, kan dit proces een deel van de zuurstof hebben verbruikt.
Als je deze lucht inademt kan het concentratieverlies en zelfs het verliezen van bewustzijn tot gevolg hebben. Een ander belangrijk punt is explosiegevaar. Gelukkig hebben we ons aardgas een specifieke geur gegeven, zodat we het kunnen waarnemen, maar een gasmonitor geeft een waarschuwing als de gemeten concentratie slechts 10% van de benodigde hoeveelheid voor een explosie is. Ook als het een ander brand- of explosiegevaarlijk gas betreft dan aardgas.
Een ander veel voorkomend gas is zwavelwaterstof (H2S). Dit gas komt vrij bij bepaalde organische processen, zoals in een riool, en ruikt sterk naar rotte eieren. Indien de concentratie echter hoog genoeg is wordt de geur niet langer waargenomen (overbelasting), en is het gas bijzonder giftig en bovendien brandgevaarlijk. Door de gasmonitor te voorzien van een monsternameslang en een (hand)pompje en hiermee eerst een monster te nemen van de atmosfeer in de besloten ruimte kan je veilig een meting uitvoeren.
Diverse merken gasdetectie
Het dragen van een goede gasmonitor biedt bescherming tegen atmosferische gevaren die de gezondheid ernstig kunnen schaden. Het type gasmonitor is afhankelijk van het soort werkzaamheden en de gelegenheid voor onderhoud. Daarnaast spelen zaken als formaat, gewicht, stof- en waterdichtheid en kwaliteit natuurlijk een belangrijke rol. Euro-Index biedt diverse A-merken gasdetectie met bijbehorend onderhoud en kalibratie en adviseert je graag over de best passende oplossing. Meer informatie vind je hier.
Dit artikel is gesponsord door Euro-Index.